maandag 14 april 2014

Jij en Ik (10-04-2014)

Wij

Wij samen
Apart
Samen sterk

Toch Apart

Jij Sterk
Ik Zwak
Jij overwon
Ik brak

Jij praatte
Ik Mak
Jij bent
Ik Sterk

Jij Vlees
Ik Niet
Ik Bloed
Jij Niet

Ik Kijk
Jij ziet
Ik Huil
Jij Huilt

Ik vier
Jij ook
Ik vijf
Jij lacht

Ik vier ons
Jij ziet
Wij Allen
Zijn Blij

Ik Alleen
Jij Niet
Ik voor Jou
Jij voor Mij

Alles Tezamen
In mijn hoofd
Vormt
Alles

Ik vier wielen
Jij twee wielen

Jij warmte
Sinterklaas
Ik warmte
Ketel

Ik enigskind
Jij ook

*HighFive* (3 x)

Jij gelukkig
Ik bijna

Jij dromen
Ik dromen

Ik kijk
Jij snapt

Jij rechts
Ik links

Ik buddy
Jij buddah

Al met al
Vormen allen mij

Ik liefde
Jullie liefde

Geluk
Met jullie

Men vuurt
Ik duik
Voor jullie

Allemaal

Opklaring (19-03-2014)

Ik klaag veel de laatste tijd. Dat merk ik aan mezelf. 
Door diverse factoren ben ik alles behalve een zonnetje.
Dingen lopen niet zoals ik wil. 
Soms door eigen toedoen, soms door overmacht.
Soms door eigen laksheid of gebrek aan zelfdiscipline.

Af en toe heb je een spreekwoordelijke schop onder je ballen nodig.
Die kwam vanmorgen in de vorm van de volgende situatie

Rond half 9 hoor ik de deur opengaan. Even niets.
Na enkele seconden komt een jongeman binnengestrompeld.
Goed gekapt, glimlachend, leunend op een kruk.
Hij begint zijn verhaal, ik merk dat hij stottert en niet te zuinig.

“Goedemorgen, ik ben …, 22. Ik zoek werk”
“Ik kan niet veel, ben van school afgegaan door omstandigheden (vader overleden, drugsverleden), maar ik houd van aanpakken.
Ik zat in een rolstoel, maar sinds kort kan ik weer (met hulp van krukken) lopen en ben ik flink aan het revalideren.
Nu ga ik op de fiets bedrijven af om te zien of ik voor enkele uren in de week wat bij kan verdienen. Het is moeilijk om rond te komen namelijk. Ik heb niemand die me helpt verder, maar ik blijf proberen. U bent de vijfde al vandaag, maar ik geef de moed niet op! Dat zit niet in mijn aard. (dit is een korte versie. Het was een heel verhaal)

Nou, dat was het openingsbetoog. Daar sta je dan.
Ik reageer enigszins verbouwereerd.
Mijn collega gaat meteen met hem een gesprek aan. Noteert dingen.
We hebben geen werk voor hem. Maar prijzen hem voor zijn moed, zijn manier van aanpakken.

Het is niet niets. Zomaar een bedrijf binnenstappen op zo’n manier.
Zijn verhaal wat volgt is lang; uitgebreid. Een tragisch verhaal. Schrijnend zelfs.
Mijn collega geeft hem tips. “Dat drugsverhaal zou ik voor me houden”.
“Maar je bent goed bezig!” Bewonderenswaardig!
Hij dankt ons. We zijn de eersten die hem zijn verhaal laten doen. De meesten kappen hem af en sturen hem weg…
“Ga in iemand anders zijn tijd gehandicapt doen…”

Dit zijn van die momenten dat ik verval in zelfreflectie. Even stilstaan.
Beseffen dat hetgeen ik heb zo slecht nog niet is… Integendeel.

Ik heb een vast contract, eigen huis, goede gezondheid, fijne mensen om me heen die me steunen als het nodig is en andersom. Ik zal er nooit alleen voor staan. Daar ben ik zeker van.

Een wereld van verschil met de jongen die vanmorgen aan de balie stond..

En ik klaag over zaken als “pitten in mijn mandarijnen of botte scheermesjes”.

Dan besef je je maar weer eens dat niet alles vanzelfsprekend is en ik in mijn handjes kan klappen. Natuurlijk mis ik nog dingen in mijn leven. Zou ik sommige dingen anders willen.
Feit is wel dat het heel anders had kunnen zijn.

Ik type dit in mijn pauze. Het houdt me bezig, dat merk ik.

Misschien moet ik voortaan zaken eens wat meer “half vol” dan “half leeg” zien.

Tot zover mijn zelftherapiesessie.